Zindelijkheidstraining in 5 stappen
Heeft je kind zijn eerste verjaardag gevierd? Grote kans dat hij nu (bijna) kan lopen. Dit betekent dat hij zindelijk kan worden. Ja, dat is waarschijnlijk sneller dan je denkt. Klaar voor een luiervrije start? Begin nu met zindelijkheidstraining.
Zindelijkheidstraining
Zindelijkheidstraining helpt je kind om controle te krijgen over zijn aandrang. Je leert hem de juiste plek te vinden om te poepen en plassen. Dit proces kan drie maanden duren. Elk kind is anders, dus de duur varieert. Het belangrijkste is dat je de training consequent volhoudt.
Zindelijkheidstraining vanaf welke leeftijd?
De ideale leeftijd om te starten met zindelijkheidstraining is tussen de achttien en twintig maanden. Op deze leeftijd vinden kinderen het leuk om nieuwe dingen te leren. Ze zitten nog voor de nee-fase, die vaak vanaf twee jaar begint. Vanaf achttien maanden worden ze nieuwsgieriger naar de wc en wat jij daar doet.
Is je kind ouder dan twee? Geen zorgen, hij kan nog steeds zindelijk worden. Een voordeel van zindelijkheidstraining bij een peuter is dat oudere kinderen zich langer kunnen concentreren.
Plan van aanpak bij zindelijkheidstraining
Het belangrijkste bij zindelijkheidstraining is dat dit met warmte en liefde gebeurt. Maak er een leuk moment van en jaag je kind niet op. Gebruik het onderstaande vijfstappenplan om je kind zindelijk te laten worden.
- Laat je kind op het potje zitten (en maak het gezellig) Zet je kind na elk slaapje en hapje op het potje of de wc. Dit zijn momenten waarop hij waarschijnlijk moet plassen of poepen. Het maakt niet uit als hij nog niet begrijpt wat er van hem wordt verwacht. Belangrijk is dat hij aan het potje went. Laat je kind een boekje lezen, samen een spelletje doen, of een liedje zingen. Laat je kind nooit alleen op het potje.
- Het eerste succes Opeens is het zover: er ligt plas in het potje. Laat je kind weten hoe knap dat is met een simpele opmerking zoals “Heel goed van je” of “Goed gedaan.” Word niet boos als het nog niet lukt. Houd het ontspannen en geef je kind de kans om te oefenen. Ongelukjes horen erbij. Blijf rustig als je kind gepoept heeft en geef hem de kans om uit te poepen. Pak niet meteen de camera, want dat kan het poepen verstoren. Je hebt later nog genoeg kansen om deze mijlpaal vast te leggen.
- Ontwikkel een dagelijkse routine Zet je kind nu een paar keer per dag op het potje: na de maaltijden, na de hapjes, en na het slapen. Grote kans dat je kind deze potjessessies leuk gaat vinden. Zorg voor een goede houding: gehurkt en ontspannen. Op de wc kan een bankje helpen waarop hij zijn voeten kan zetten. Ook jongens kun je het beste zittend leren plassen. Bouw het rustig op als je niet elke dag tijd hebt om je kind meerdere keren op het potje te zetten. Begin bijvoorbeeld met één tot drie keer per dag.
- Je kind wil zelf op het potje Door regelmatig op het potje te zitten, zal je kind minder vaak extra moeten. Als hij toch moet, zal hij dat waarschijnlijk zelf aangeven, bijvoorbeeld door het potje naar je toe te brengen.
- Je kind slaapt overdag én ‘s nachts zonder luier Is je kind overdag zindelijk? Dan is het wachten op de nachten. Dit gebeurt meestal vanzelf binnen een half jaar nadat je kind overdag zindelijk is. Zolang hij overdag genoeg plast, hoeft hij ‘s nachts niet zo vaak naar de wc. Sommige kinderen hebben een tussenstap nodig: maak hen nog een keer wakker om te plassen voordat je zelf naar bed gaat.
Elk kind ontwikkelt zich op zijn eigen tempo, maar de duur van het zindelijk worden hangt veelal af van de tijd die je voor oefening vrijmaakt. Het is belangrijk om hier consequent tijd voor te reserveren en te onthouden dat het geen wedstrijd is.
Veel ouders starten de zindelijkheidstraining tijdens een vakantieperiode. Dan heb je ruimschoots de tijd en heerst er meer rust in huis. Door van de zindelijkheidstraining een positieve ervaring te maken, zul je merken dat het zindelijk maken van je kind vaak verrassend soepel verloopt.
Zindelijkheidstraining buiten de deur
Als je naar de dierentuin gaat of op bezoek bij een vriendin, laat je kind dan voor vertrek een extra keer op het potje zitten en behoud de rest van de dag de vaste routine. Na elk slaapje of hapje zet je je kind op het potje of ga je met hem naar de wc. Als opa en oma een dagje op je kind passen, vraag hen dan om dezelfde routine aan te houden. Dit helpt je kind bij het behouden van consistentie, wat cruciaal is voor succesvolle zindelijkheidstraining.
Ondergoed voor zindelijkheidstraining
Voor kinderen die zindelijk worden, zijn er speciale oefenbroekjes verkrijgbaar. Deze broekjes vormen een tussenstap tussen een luier en gewoon ondergoed. Ze vangen kleine ongelukjes op, maar laten je kind de nattigheid voelen, waardoor het broekje oncomfortabel wordt. Dit stimuleert je kind om het potje te gebruiken en verhoogt zijn bewustzijn van de aandrang om te plassen.
Bij een beetje plas leert je kind op tijd het potje te gebruiken. Oefenbroekjes zijn uitwasbaar en hoeven dus niet weggegooid te worden na gebruik. Een alternatief is je kind een gewone onderbroek onder de luier te laten dragen, zodat hij beter voelt wanneer hij plast. Dit kan ook helpen bij het zindelijkheidsproces.
Tips voor zindelijkheidstraining
Als deze stappen niet leiden tot zindelijkheid bij je kind, probeer dan deze tips:
- Verdeel drinkmomenten gelijkmatig over de dag: bijvoorbeeld elke twee uur 200 ml. Beperk de hoeveelheid drinken in de avond.
- Start de zindelijkheidstraining tijdens een rustige periode: vermijd starten rond verjaardagen of tijdens feestmaanden.
- Blijf positief bij ongelukjes: Straf je kind niet, maar moedig hem aan. Zeg bijvoorbeeld: “Wat goed dat je het hebt geprobeerd.” Je kunt ook zeggen: “Volgende keer proberen we het weer op het potje.” Dit helpt je kind te begrijpen wat de verwachtingen zijn.
- Als zindelijkheidstraining strijd oplevert: Laat het dan even rusten en probeer het later opnieuw. Het is belangrijk dat de ervaring zo positief mogelijk blijft voor jullie beiden.
Blijf op de hoogte
Mis geen enkel artikel meer, schrijf je in en blijf op de hoogte!